woensdag 11 december 2013

De Boekenkast

Elisabeth opende haar ogen en voelde de boosheid opnieuw in zich opwellen.
"Hoe durfde hij! Dit had ze nooit verwacht van Rob!! Haar lievelingsneef!!! Jarenlang had zij hem geld toegestopt, als hij door zijn, soms buitensporige levenswijze, weer eens krap bij kas zat!!!!"
Elisabeth had hem steeds van harte geholpen, hij was een heel lieve jongen. Die keuzes die hij had gemaakt, kwamen door de verkeerde vrienden van zijn oudere broer John.
Maar nu was Rob te ver gegaan. Bellen en dan meteen zeggen dat hij in zijn nieuwe huis alleen nog een boekenkast miste. Dat hij haar boekenkast, die ze immers toch bijna niet gebruikte, vandaag zou komen ophalen en of zij zo vriendelijk zou willen zijn die leeg te maken.
"Natuurlijk mocht hij die kast hebben, maar pas na haar overlijden!"
"Zolang zou hij niet hoeven te wachten, ze was al 86."
Elisabeth was ongetrouwd gebleven. Als oudste dochter van een groot gezin met een ziekelijke moeder had zij het altijd als haar plicht beschouwd het huishouden te runnen en daarnaast ook nog eens het karige inkomen van haar vader aan te vullen door juf te worden op een kleuterschool. Er waren wel mannen die haar hand hadden gevraagd, maar er was er nooit een geweest die ze dit, noch de bijkomstige vleselijke geneugten, had gegund.
Ze had nog wel even overwogen op zoek te gaan naar een man toen haar broertjes en zusjes een voor een trouwden en kinderen kregen, maar die gedachte al snel terzijde geschoven. Ze beschouwde 'haar' kleuters als haar kinderen en had verder genoeg aan een paar heel goede vriendinnen.

Ze woonde nu al weer jaren alleen in het ouderlijk huis. Haar gezondheid ging achteruit, kwiek lopen was schoorvoetend schuifelen geworden. Ze keek nog zelden televisie, viel gewoonlijk al na tien minuten in slaap. Gelukkig was haar geest nog heel helder. Zelfs als ze erg diep nadacht, kon ze echt niks bedenken wat ze in al die jaren vergeten was.
Elisabeth was nog niet zo lang geleden voor de vijfde of zesde maal in bijna twee jaar bij haar notaris geweest. Nu zou ze alweer een afspraak moeten maken om haar nalatenschap te wijzigen. Deze keer om Rob uit haar testament te laten schrappen.
"Niets kreeg hij! Helemaal niets!!"

Ofschoon het nog maar zeven uur was wilde tante haar notaris contacteren. Zij ging op zoek naar haar draaischijftelefoon. Elke keer als er stof was afgenomen was ze spullen kwijt.
"Waar had de hulp dat ding nou weer gelaten?"
Na enig zoeken vond Elisabeth de telefoon, onder de stapel kranten die zij de dag ervoor had willen lezen. Ze wist het nummer uit haar hoofd. Na een zestal mensen uit hun slaap te hebben gewekt, kreeg ze het notariskantoor aan de lijn. De telefoniste reageerde niet op haar verzoek om doorverbonden te worden met notaris Bordewijk en bleef maar herhalen dat het kantoor momenteel helaas gesloten was en zij op een later tijdstip terug kon bellen.
"Vreemd, je zou toch denken dat zo'n uitstekend erfrechtelijke adviseur wel beter personeel in dienst zou hebben."
Daar zij de telefoon nu toch bij de hand had, besloot zij neef John te gaan bellen en hem te vragen, nee, op te dragen, naar zijn broertje toe te gaan om hem eens flink de les te lezen.
John nam de telefoon zelf op. Hij klonk erg slaperig. Als horecamedewerker wilde hij op zijn vrije maandag graag uitslapen. Vooral vandaag. Gisteren was de verjaardag van de eigenaar van het luxe restaurant annex café na sluitingstijd uitgebreid gevierd en was hij pas tegen zes uur thuisgekomen.
Slaapdronken hoorde hij het verhaal van tante aan en onderbrak haar pas toen ze het relaas voor de derde keer wilde gaan doen.
"Vindt u het erg als ik u over een half uur terugbel?"
Nu eerst koffie, daarna zou het allemaal wel meevallen en blijken dat hij tantelief helemaal verkeerd had verstaan.

Tweeënhalf mok koffie later nam John zijn telefoon ter hand en toetste het nummer van tante. Na zestien maal overgaan werd de verbinding verbroken. John deed na vijf minuten en weer vijf minuten later opnieuw een poging. Dit keer met succes, een hijgende tante nam de telefoon op met de vraag wie haar toch zo zat op te jagen.
John wenste haar vriendelijk goedemorgen. Tante Beth wilde weten waarom John haar zo vroeg belde.
"Wat is er aan de hand Johnnie??"
John trachtte tantetje voorzichtig aan haar verstand te brengen dat zij hem eerder had gebeld over zijn broer. Het geheugen van Elisabeth klaarde op en zij begon nogmaals, erg snel voor haar doen, en deze keer snikkend, het verhaal te doen.
Dat Rob haar had gebeld en had geëist dat zij de boekenkast leeg zou maken.
John was erg begaan met tante, maar kon zich nauwelijks voorstellen dat zijn broertje zo ver was gegaan. Hij deed wel vaker raar, maar dit ging werkelijk alle perken te buiten.
"Ik zal hem wel bellen tante, alles komt goed. Dat beloof ik u."

Die middag reed John naar de nieuwe woning van zijn broer. Rob was erg verrast door het bezoek. Het eerste in maanden. Zoveel hadden ze elkaar nooit te vertellen.
De hateenheid van Rob bood amper ruimte voor een bank, tafel en bed. Dat was ook alles wat hij zich kon veroorloven. Sinds zijn ex hem maandelijks, door het exorbitante bedrag dat zij aan alimentatie claimde, kaal plukte, kon hij geen veer meer laten.
John en Rob konden voor het eerst sinds jaren weer eens samen lachen. Maar hoe moest het nu met tante Beth? Hoe lang zou ze nog zelfstandig kunnen blijven wonen?
John beloofde navraag te gaan doen naar de mogelijkheden.
En Rob... die mocht tante proberen uit gaan leggen dat die boekenkast al ruim een jaar geleden door vriendin Aagje naar haar aanleunwoning was meegenomen en de rest slechts een boze droom was geweest.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten